Angry Young Wo/Men – The Osborne movies

Deus ex Machina palmt in december Cinema Zuid in. Onder de deskundige begeleiding van Osborne-kenner Michiel Leen herneemt Cinema Zuid de verfilming van  Look Back in Anger en The Entertainer.

look-back-in-anger-mary-ure-and-richard-burton-1959DI 27.12 20:00
LOOK BACK IN ANGER

TONY RICHARDSON
UK 1958 – 115’ – Nederlandse titels
Richard Burton, Claire Bloom, Mary Ure, Edith Evans, Gary Raymond, Donald Pleasence
In de verfilming van John Osbornes stuk speelt Richard Burton Jimmy Porter, de norse, arrogante jongeman uit de arbeidersklasse met een wrok tegen het establishment en minachting voor iedereen uit zijn omgeving. Deel van zijn probleem is dat hij gestudeerd heeft, maar nooit hogerop is geraakt…
Deze eerste langspeelfilm van Tony Richardson (die het stuk ook op toneel had geregisseerd), betekende mee de doorbraak van de Engelse ‘new wave’.

entertainer_the_4Do 29.12 20:00
The Entertainer

Tony Richardson

GB 1960 | 96′ | Tweetalig ondertiteld

LAURENCE OLIVIER, BRENDA DE BANZIE, ROGER LIVESEY, JOAN PLOWRIGHT, ALAN BATES

Tragikomische farce over een crapuleuze stand-up comedian die zijn afgezaagde grappen opvoert voor een alsmaar kleiner en onverschilliger publiek. Archie Rice is danig gefrustreerd door zijn middelmatigheid en maakt door zijn egoïsme alle levens rondom zich kapot.
Heel de cast is sterk, maar dit is natuurlijk dé film van Laurence Olivier (op wiens verzoek John Osborne het stuk overigens had geschreven).

KORTE INLEIDING DOOR MICHIEL LEEN, JOURNALIST VOOR O.A. DE STANDAARD, KNACK EN ONS ERFDEEL.

Meer info over de filmvoorstellingen op de website en facebook van Cinema Zuid.
Meer info over de Osborne special van Deus Ex Machina.

DEUS EX MACHINA nr 159: Angry Young Wo/Men

dem_159_cover_v2-page-001

‘Ever get the feeling you’ve been cheated?
(Johny Rotten, San Francisco, 1978)

‘Angry Young Man’, gebruikt iemand die term nog, vandaag? They used to be all over the place.

Kingsley Amis. Alan Sillitoe. John Braine.  John Osborne.John Osborne godverdomme. ‘Look Back in Anger!’ Klassenstrijd onder het mansardedak! Gedesillusioneerde twentysomethings in een samenleving in crisis. Generatieconflciten en kitchen sink realism!

Wat blijft er zestig jaar na datum over van de woede uit Look Back in Anger? Hebben die Angry Young Men ooit iets anders gedaan dan monumenten in taal opgericht voor hun colère? Wilden ze niet gewoon, zoals James Kelman verderop in dit nummer aanvoert, hun stukje van de taart? Is een kwaaie mens ook een goeie mens?

Hoe moeilijk, misschien zelfs ondoenbaar het is om vandaag nog een standbeeld op te richten voor de Angry Young Men, onderzoeken we hier. De revival-in-mineur voor zestig jaar Look Back in Anger is een goed aanknopingspunt.

Sneller dan je het zelf verwacht, is het 2016 in Fort Europa.

Alles is veranderd want de crisis hakt erin. Maar bij ons geen think pieces over de millennials, hun carrièreangsten en de donkere wolken boven hun gedroomde verkaveling. Die plaat kent u al en mocht dat niet het geval zijn, vindt u wel soelaas in een of andere Guardian of dichter bij huis in een zoveelste generatieartikel in onze kwaliteitskranten. Deze kinderen van de crisis weten met hun onvrede geen blijf. Hoe is het in godsnaam mogelijk? Alles is hetzelfde gebleven. Ever feel like you’ve been cheated?

Bericht uit Griekenland: pijnlijk brandpunt van al wat er de afgelopen jaren is misgegaan. Vincent Van Meenen, enkele jaren geleden naar Athene gemigreerd, brengt knarsetandend verslag uit. Knoop het in uw oren:

Wie één goed argument kan vinden om hier als burger aan het leven deel te nemen, krijgt een prijs.

De Duitser Clemens Schittko doet zijn duit in het zakje met verinnerlijkte woede: zelfhaat en nausée. Naar beneden stampen is te gemakkelijk, maar al te verleidelijk.

Vandaag is de woede niet meer de speeltuin van de man. In dit nummer mag Jimmy Porter zelf zijn hemden strijken. We zijn uitdrukkelijk op zoek gegaan naar Angry Young Women. Aurelie Di Marino doet verslag vanuit een dolgedraaid Brussel. JMH Berckmans (1953-2008) in haar achteruitkijkspiegel. Dag Pafke. Het is er hier niet op gebeterd, jong. Carlien Coppieters neemt de gezapige onthechting van het schrijversgild de maat. Elise de Groot peilt de ontreddering van Generation Y. Kwaad zijn, waarop en waarom? De vraag die de Angry Young Men zelf onbeantwoord lieten: kwaad worden, kwaad blijven, kan dat, heeft dat zin?

1956-2016. We zijn er nog niet. Bijlange niet. Een mens zou van minder kwaad worden.

De redactie

Hamburg in 13 songs

Naar aanleiding van het Hamburgnummer koos de redactie 13 representatieve songs: 

 

 1. Abwärts –Computerstaat (1980). Vergeet Kraftwerk en de Neubauten: voor de beste Neue Welle-muziek moest je begin jaren tachtig in Hamburg zijn. De Rote Armee Fraktion, de Koude Oorlog en The Cure – met een beetje goede wil hoor je ze allemaal in de muziek van Abwärts. De heren van Abwärts zijn nog altijd actief, maar hun beste periode situeerde zich toch begin jaren tachtig; tot bandleden FM Einheit en Mark Chung de groep verlieten, naar Berlijn trokken en Blixa Bargeld vervoegden bij de Einstürzende Neubauten.

https://www.youtube.com/watch?v=rDRNp-Jnq_E

 

2. Palais Schaumburg – Wir bauen eine neue Stadt (1981). Experimenteler en intellectualistischer dan Abwärts, is Palais Schaumburg Hamburgs best kept secret. New Yorkse avantgarde uit het Noorden van Duitsland.

https://www.youtube.com/watch?v=GI876rqao8A

 

3. Slime – Deutschland muss sterben (1981). Radicaal, extreemlinks en antifascistisch: zo klinkt de Hamburgse punkscene. ‘Deutschland muss sterben’ was tot begin 21ste eeuw in Duitsland bij wet verboden, omdat het tot geweld zou aanzetten. De titel van dit nummer is een verwijzing naar een gecontesteerd Hamburgs oorlogsmonument uit de jaren dertig.

https://www.youtube.com/watch?v=ID4lstARK0w

 

4. Die goldenen Zitronen – Für immer Punk (1987). Die goldenen Zitronen waren begin jaren negentig een van de uithangborden van de Hamburger Schule. Wat de Frankfurter Schule voor de filosofie was, was de Hamburger Schule met haar intellectualisme, Duitstalige teksten en links engagement voor de Duitse muziek. ‘Für immer Punk’ is het bekendste nummer van de Zitronen; geen Hamburger Schule, wel onversneden, nostalgische Karlsquell-romantiek uit de jaren tachtig. Zanger/tekstschrijver Schorsch Kamerun is ook bekend als theaterregisseur en hij publiceerde dit jaar zijn eerste (autobiografische) roman: Die Jugend ist die schönste Zeit des Lebens.

https://www.youtube.com/watch?v=6Ah_WAHZNYg

 

5. Blumfeld – You make me (1994). Volgens muziekjournalist Christoph Twickel introduceerde Blumfeld-zanger Jochen Distelmeyer Gilles Deleuze, William S. Burroughs en Sonic Youth in de Duitse popmuziek. Of het nu gaat om nerdmuziek voor eenzame filosofiestudenten of een slow op de fuif van de plaatselijke jeugdbeweging, Blumfeld is – voor wie de groep nog niet kent – een ontdekking.

https://www.youtube.com/watch?v=z2Hvj17mnog

 

 

6. Andreas Dorau – Girls in love (1996). Dorau werd in 1981 als 15-jarige beroemd met zijn NDW-hit ‘Fred vom Jupiter’.  Nog eens 15 jaar later volgde het onweerstaanbare ‘Girls in Love’, waarmee hij ook in Frankrijk een top 10-hit scoorde.

https://www.youtube.com/watch?v=8IBBbj5LyJs

 

7. Die Sterne – Was hat dich bloß so ruiniert (1996). Deze song van Hamburger Schule-groep Die Sterne werd onlangs gebruikt door de Oostenrijkse filmregisseuse Marie Kreuzer in Was hat uns bloß so ruiniert?, een film over de ondergang van drie BOBO-koppels (bohemian-bourgeois) anno 2016. ‘Was ging voran? / Was ist passiert? /Was hat Dich bloss so ruiniert?’

https://www.youtube.com/watch?v=_fkdSPz5nvQ

 

8. Tocotronic – Pure Vernunft darf niemals siegen (2007). Nog zo’n groep van de Hamburger Schule die haar politieke voorkeur nooit onder stoelen of banken heeft gestoken. Bij Tocotronic denken wij o.a. aan de Rote Flora, het legendarische Autonomes Zentrum in het Schanzenviertel – tot nader order in Hamburg nog steeds het centrum van anarchistisch en extreemlinks verzet.

https://www.youtube.com/watch?v=rzA8CtbTXBA

 

9. 1000 Robota – Hamburg brennt (2008). Op het eerste gezicht ziet dit Hamburgse trio eruit als een coverband van One Direction; hun stevige, monotone gitaarrock  klinkt evenwel een stuk potiger. Thans vooral nog te bewonderen via ‘Youtube’.

 

10. Wir sind Helden – Nur ein Wort (2010). Neen, de Helden zijn niet uit Berlijn afkomstig, wel uit Hamburg. Tegenwoordig is het stil rond Wir sind Helden, maar met ‘Nur ein Wort’ hadden ze in 2010 een stevige hit – met een vette knipoog naar Dylans ‘Subterranean Homesick Blues’.

https://www.youtube.com/watch?v=4g3NOF_CoSo

 

11. Udo Lindenberg – Durch die schweren Zeiten (2016). Wij zijn geen die hard-fans, maar deze ballad uit Lindenbergs laatste CD mag er best zijn. Nog een jaar of vijf, en der Udo wordt de Duitse Johnny Cash.

https://www.youtube.com/watch?v=hgwytOPOR5E

 

12. Beginner – Ahnma (2016). Wanneer Udo Lindenberg de koning van Sankt Pauli en de Reeperbahn is, dan is Jan Delay zijn kroonprins. Met Beginner (vroeger ‘Absolute Beginner’) stond hij in de jaren negentig aan de wieg van de Duitstalige hiphop. Tegenwoordig treedt hij zowel solo als met zijn buddies van Beginner op. Hoewel niet iedereen fan is van het vorige zomer uitgebrachte, eclectische ‘Ahnma’, werd het op Youtube toch al meer dan 23.000.000 keer aangeklikt.

https://www.youtube.com/watch?v=C6_Uk_2rkQg

 

13. Die Tüdelband – Ganz Goot (2016). In Hamburg wordt nog altijd in het Platduits gemusiceerd. Meer nog: de relatief kleine Platduitse muziekscene is alive and kicking. ‘Ganz Goot’ is de titelsong uit het recentste album van Hamburgs sympathiekste popgroep.

https://www.youtube.com/watch?v=pfC4ww_3QmA

 

Meer Hamburg in ons Hamburgnummer

Hamburg in twintig boeken

Hamburg in twintig boeken: de keuze van de redactie

.

Ernst BarlachDer gestohlene Mond (1948). Postuum verschenen roman van de beroemde Hamburgse schrijver-beeldhouwer Ernst Barlach (vermoedelijk geschreven in 1936/37), waarin hij op zijn manier voor een laatste keer afrekent met het bruine gevaar dat Duitsland destijds infecteerde.

Arne BellstorfBaby’s in Black: Astrid Kirchherr, Stuart Sutcliffe  and the Beatles (2010). Graphic novel over de tragische liefde tussen de Hamburgse fotografe Astrid Kirchherr en vijfde Beatle Stuart Sutcliffe die in 1962 op 21-jarige leeftijd overleed.

Wolfgang BorchertDraußen vor der Tür (1947). Soldaat Beckmann keert na de oorlog uit Siberië naar zijn geboortestad terug, waar niemand op hem zit te wachten. Het Kriegsheimkehrer-drama par excellence waarmee de jong gestorven Wolfgang Borchert beroemd werd.   

Thomas DavidNahaufnahme Luk Perceval: Gespräche mit Luk Perceval (2015). Prachtig interviewboek met Luk Perceval, die sinds 2009 als regisseur aan het Hamburgse Thalia-theater werkzaam is. Met veel fotomateriaal én een documentaire op DVD.

Karen DuveTaxi (2008). Een jonge vrouw begint te werken als taxichauffeur en raast door de Hanzestad. De doorbraakroman van voormalig Forum-auteur Karen Duve.

Hans FalladaWer einmal aus dem Blechnapf frisst (1932). Ex-gevangene en pechvogel Willi Kufalt komt in volle crisistijd in Hamburg terecht. En gaat ten onder. Maatschappijkritische roman van Fallada, die destijds door de nazi’s werd verboden.

Hubert FichteDie St. Paul Interviews (1978). Das Waisenhaus en Die Palette zijn Fichtes bekendste werken, maar dit boek van deze schrijver-antropoloog vol interviews met Reeperbahn-hoeren en pooiers leest nog altijd verrassend fris. Cult!

Ralph GiordanoDie Bertinis (1982). Wat Die Buddenbrooks voor Lübeck is, is deze vuistdikke, monumentale familiesaga die zich afspeelt in de jaren dertig en veertig, voor Hamburg.

Tino HanekampSo was von da  (2012). Coole, rockende en grappige Reeperbahn-roman van journalist en muziekclub-eigenaar Tino Hanekamp over een onvergetelijke 31ste december op de sündige Meile.

Patricia HighsmithThe American Friend (1977). Tom Ripley in het Noorden van Duitsland. Ooit nog verfilmd door Wim Wenders, met Denis Hopper en Bruno Ganz in de hoofdrollen.

Hanns Henny JahnnPerrudja (1929). In hetzelfde jaar dat Döblins Berlin Alexanderplatz verscheen, kwam ook deze 800-pagina’s dikke roman uit. Sprachgewaltig en sexuell umstritten – een roman zoals ze alleen in het interbellum werden geschreven. Heeft weinig met Hamburg an sich te maken, maar Hamburger Jahnn hoort gewoon in deze top 20 thuis. Deze maand verschijnt bij  Hoffmann und Campe een nieuwe uitgave.

Brigitte KronauerTeufelsbrück (2000). Virtuoos geschreven, sprookjesachtige roman over een amour fou, die zich afspeelt in Hamburg en in een villa op het Alte Land. De titel is een verwijzing naar de gelijknamige bekende aanlegsteiger aan de Elbe.

John Le CarréA most wanted man (2008). Thriller van bestseller-auteur Le Carré over terrorisme in de hanzestad. Verfilmd door Anton Corbyn, met Philip Seymour Hoffman en Willem Dafoe in de hoofdrollen.

Siegfried LenzArnes Nachlass (1999). De in Oost-Pruisen geboren Siegfried Lenz heeft veel over zijn Wahlheimat geschreven; het nog niet in het Nederlands vertaalde Arnes Nachlass over outsider Arne Hellmer is volgens ons zijn beste Hamburg-boek.

Hans Erich NossackDer Untergang (1948). Nossack thematiseerde als een van de eerste Duitse auteurs de bombardementen op Hamburg in deze dunne en nog altijd hallucinante autobiografische novelle.

Arno SchmidtSchwarze Spiegel (1951). Schmidts ik-verteller woont alleen in een zelfgemaakte hut op de Lüneburger Heide, in een totaal verwoeste wereld na Wereldoorlog III. Experimentele dystopie van misschien wel Duitslands belangrijkste naoorlogse auteur.

Heinz StrunkDer goldene Handschuh (2016). Strunk stond wekenlang in de bestsellerlijsten met deze roman over seriemoordernaar Fritz Honka. Bukowski op de Reeperbahn.

P.F. ThoméseJ. Kessels. The Novel (2009). Bizarre roadtrip van auteur Thomése met zijn favoriete personage J. Kessels naar de Reeperbahn. In 2015 verfilmd met Frank Lammers en Fedja van Huêt.

Uwe TimmDie Entdeckung der Currywurst (1993). Uwe Timms moderner Klassiker over Lena Brückner laatste oorlogsdagen in het kapotgebombardeerde Hamburg, en over hoe ze terloops de curryworst uitvindt. Voor wie minder tijd heeft: Isabel Kreitz verstripte versie van Timms succesroman is een schoolvoorbeeld van hoe op literaire werken gebaseerde graphic novels er zouden kunnen uitzien.

Benjamin von Stuckrad-BarreSoloalbum (1998). Cult-roman van de pop-generatie over een gebroken liefde, met als soundtrack het verzameld werk van Oasis. Dé roman die elke Duitse twintiger eind vorige eeuw moest hebben gelezen.

Meer Hamburg in ons Hamburgnummer

 

Presentatie Hamburgnummer in Hanse-office

hamburg-uitnod-jpgU bent van harte uitgenodigd op de voorstelling van het nieuwe Deus ex Machina nummer ‘HAMBURG’ in het Hanse-Office, midden in de Europese wijk in Brussel. Opgelet: de presentatie zal hoofdzakelijk in het Duits zijn met af en toe Engelse en Nederlandstalige bijdragen. Na afloop nodigt de Hanse-Office u uit om het glas te heffen op ‘HAMBURG’. Graag uw komst bevestigen vóór 11/11 via mail op events@hanse-office.de.

Die renommierte flämische Literaturzeitschrift Deus ex Machina stellt an diesem Abend ihre Hamburg-Ausgabe mit zahlreichen Texten von Hamburger Schriftstellerinnen und Schriftstellern vor.
Nach der Begrüßung durch Dr. Antje Flemming von der Kulturbehörde der Freien und Hansestadt Hamburg und einer Einführung von Wim Michiel (Deus ex Machina) werden einige Mitglieder des Forums Hamburger Autorinnen und Autoren aus ihren Werken lesen. Anschließend bitten wir zu einem Umtrunk.Wir würden uns freuen, Sie an diesem literarischen Abend im Hanse-Office begrüßen zu dürfen und bitten Sie um eine verbindliche Anmeldung bis zum 11. November unter events@hanse-office.de.

Hanse-Office
Avenue Palmerston 20
B-1000 Brüssel
Tel. +32-2-285.46-40

Over het nummer.

DEUS EX MACHINA NR. 158 HAMBURG

Sich in einer Stadt nicht zurechtfinden heißt nicht viel. In einer Stadt sich aber zu verirren, wie man in einem Walde sich verirrt, braucht Schulung. (Walter Benjamin)

 dem_158_cover_v6-page-001

 

‘Hamburg is overdag een grote rekenkamer en ’s nachts een groot bordeel’, schreef de twintigjarige Heinrich Heine begin negentiende eeuw. Tegenover zijn vriend Christian Sehte klaagde hij erover dat er in Hamburg ‘niet het minste gevoel voor poëzie te vinden is’. Nochtans voelde een van Duitslands grootste dichters zich best op zijn gemak in de Hanzestad, te midden van de rijkdom van zijn oom Salomon Heine en de bekoorlijkheid van de Hamburgse vrouwen. In totaal zou Heine, gespreid over verschillende periodes, zes jaar in Hamburg verblijven. Hij zou er met wisselend succes bij zijn rijke oom een opleiding tot koopman volgen, zijn eerste stappen in de literaire wereld zetten, zijn uitgever Julius Campe ontmoeten en zijn eerste grote liefdes consumeren. Op die manier groeide Hamburg uit tot een van de belangrijkste topoi in zijn bewogen schrijversbestaan, naast zijn geboortestad Düsseldorf, Berlijn en Parijs .

Heine is niet de enige die Hamburg op cultureel vlak niet al te hoog inschat. In tegenstelling tot andere voormalige stadsstaten als Athene, Firenze en Venetië, heeft Hamburg altijd de reputatie van Stadt ohne Kultur gehad. Terwijl in Duitsland sinds de val van de Muur alle wegen meer dan ooit naar Berlijn leiden, terwijl Leipzig in de schaduw van de hoofdstad zich als meest hippe stad van Duitsland probeert te profileren en München als vanouds over het katholieke zuiden heerst, wordt Duitslands tweede grootste stad nog steeds in de eerste plaats met de haven en de Reeperbahn geassocieerd. Cultuur en literatuur komen daarbij steevast op de tweede plaats.

Nochtans valt het bij nader inzien nogal mee met die culturele woestenij. Een rondje ‘namen noemen’ levert – alleen al op het vlak van de literatuur – een tamelijk indrukwekkend lijstje op. Matthias Claudius, Friedrich Klopstock, Gotthold Ephraim Lessing, Hubert Fichte, Hans Henny Jahnn, Klaus Mann, Hans Erich Nossack, Arno Schmidt, Siegfried Lenz, Wolfgang Borchert en Uwe Timm zijn maar enkele namen van (gecanoniseerde) schrijvers die onlosmakelijk met Hamburg verbonden zijn.  En de opvolging is verzekerd, zo zal blijken uit dit nummer.

Genoeg reden, vonden wij van Deus ex Machina, om – twee jaar na ons Berlijnnummer en met het Nederlands-Vlaamse gastlandschap tijdens de Frankfurter Buchmesse in het achterhoofd – te focussen op Duitslands meest noordelijke én cultureel meest onderschatte metropool. In het spoor van Samuel Beckett, die Hamburg tijdens zijn Bildungsreise in 1936 bezocht, leidt Roswitha Quadflieg ons rond in een stad die amper zeven jaar later met een van de zwaarste bombardementen van de twintigste eeuw kreeg af te rekenen en voor meer dan 70% werd verwoest. Max Moragie geeft ons via leven en werk van Hans Erich Nossack een inkijk in operatie Gomorrha en haar vernietigende gevolgen. In zijn kortverhaal ‘De drieëntwintigste juli’ toont cultauteur Hubert Fichte hoe de totale ondergang eruitziet vanuit het perspectief van een kind. Georges-Arthur Goldschmidt verliet Hamburg eind jaren dertig en keerde na de oorlog als Frans staatsburger naar zijn geboortestad terug. Joëlle Feijen vertaalde een fragment uit zijn memoires. Wim Michiel verkende de Reeperbahn en Sankt Pauli, ging op zoek naar The Beatles en de punkscene en las Heinz Strunks Der goldene Handschuh en Benjamin von Stuckrad-Barres Panikherz. Van beide in 2016 gepubliceerde romans kan u een fragment lezen in dit nummer. Schrijfster Birsen Taspinar focust op de ‘diaspora-identiteit’ in het werk van filmregisseur Fatih Akin, Hamburgs bekendste filmregisseur. In ‘Min Modersprak’ wordt dan weer nagegaan hoe het gesteld is met de Nederduitse literatuur. Het beeldmateriaal wordt verzorgd door dichteres Ayna Steigerwald, fotografe Marcia Breuer en tekenares Kyung-Hwa Choi-Ahoi. Van deze laatste werden ook enkele dagboekfragmenten opgenomen.

En last but not least stellen we met enige trots een tiental auteurs van het Forum Hamburger Autorinnen und Autoren voor. De meesten van hen verschijnen voor het eerst in Nederlandse vertaling. Bedoeling is dat we ook in de toekomst met das Forum zullen samenwerken.

Naast het themagedeelte vindt u poëzie van Arne Joosen, Alexander Baneman, J.V. Neylen en Merel van Slobbe. Verder vertaalde Stella Linn een kortverhaal van Jean-Noël Blanc en debuteert Annemie De Wolf met enkele korte schetsen.

 

De redactie

Deus de Poche II – presentatie in Lier

deus de poche lier afficheDrie jaar na de eerste Deus de Poche, bundelde het literaire tijdschrift Deus ex Machina opnieuw de beste inzendingen in een opvallend en verleidelijk zakboekje, vormelijk geïnspireerd op de legendarische Franse reeks Livre de Poche.

Op vrijdag 30 september komen Deus de Poche II-auteurs Mattijs Deraedt, Nele Buyst, Peter De Voecht (redacteur Gierik &Nvt), Pim Cornelussen (hoofdredacteur Kluger Hans) en Tijl Nuyts naar Lier om uit hun werk voor te lezen én om deel te nemen aan een panelgesprek over, onder andere, debuteren in de literatuur en de rol die literaire tijdschriften hierin spelen. Sharah Pleumeekers modereert.

De muzikale intermezzi worden verzorgd en visueel met dans gekleurd door leerlingen van de SAMWD Lier o.l.v. Karen Peeters en Jens Van den Broeck. Achteraf kan je iets drinken, een exemplaar kopen of je abonneren.

Vrijdag 30 september om 20u

Colibrant
Deensestraat 6
Lier 

Inkom is gratis, wel graag inschrijven via info@deusexmachina.be of in een reactie onder dit bericht.

DEM 157 – André Baillon

VOORAF

Ik schaafde en vijlde mijn zinnen. Omdat ze het zonder ziel moesten stellen, stopte ik ze
vol woorden. Het was waardeloos.
Op klompen

Je bent een schrijver. Je breit verhaaltjes aan elkaar, je bedenkt personages, van sommige
hou je zoveel dat je ze zelf wordt.
Waanzinnen

Jammer dat een mens niet alles kan opschrijven! Wat voor merkwaardige boeken zou dat
niet opleveren.
In de piepzak

De in het Frans schrijvende Vlaming André Baillon kreeg tijdens zijn leven – dat eindigde met een zelfgekozen dood in 1932 – weliswaar erkenning en waardering, maar het duurde bijna een halve eeuw voor zijn werk op zijn juiste waarde werd geschat. In België, Frankrijk en ver daarbuiten worden zijn boeken sindsdien opnieuw uitgegeven, vertaald en uitvoerig bestudeerd en becommentarieerd. Nu wordt hij door literatuurcritici als vernieuwer en voorloper beschouwd. Een apart geval, die Baillon, zowel qua stijl, compositie als thematiek.

Bijna een eeuw na zijn (Parijse) debuut (Het boek van Marie, 1921), toen een internationaal succès d’estime, lezen zijn woorden nog altijd even fris als ontregelend. André Baillon wordt in 1875 geboren in Antwerpen in een welgesteld milieu. De rest van zijn levenswandel lijkt op het vergezochte scenario van een soap. Is dat relevant? Nee. Omdat zijn werk staat als een huis. Ook zonder biografische verwijzingen of verklaringen. Ja. Omdat bij Baillon het eigen leven nu eenmaal de heel expliciete voedingsbodem vormt voor al zijn werken. De manier waarop hij zijn bewogen leven in ‘fictie’ dwingt, is ontwapenend en verontrustend tegelijk. En redelijk uniek – of het nu gaat over zijn jeugdjaren (Het neefje van Mademoiselle Autorité) of de ervaringen van en met Marie Vandenberghe, zijn Vlaamse echtgenote en ex-prostituee (Het boek van Marie, Op klompen en Jojo Pingping, Londense straatmeid) of over zijn korte verblijf
in La Salpêtrière (Een doodeenvoudig man, Doodzonde en In de piepzak). Het ganse leven propt André Baillon in zijn teksten: zijn ménages à un, deux, trois, de avonturen met minnaressen, moedertypes en muzes, de kippenfokkerijen in Westmalle –twee keer een fiasco, zijn job als nachtredacteur bij La Dernière Heure, zijn dolle belevenissen in de psychiatrische instelling in Parijs… Het is zoals vertaler en biograaf Frans Denissen schrijft ‘het [wordt] duidelijk dat zijn romans, novellen en verhalen in feite één, grotendeels autobiografisch, boek vormen.’

Zijn wat ongewone, rusteloze en niet bepaald benijdenswaardige leven duikt dan wel voortdurend op in Baillons teksten, maar in de eerste plaats zijn we toch te gast in zijn hoofd. Hij maakt ons bevoorrechte getuigen van zijn worsteling met de valstrikken van de taal. Het schrijfproces, het spel van betekenaar en betekenis, het – soms letterlijke – gevecht met de letters, de woorden, de zin, … zijn alomtegenwoordig. Klinkt saai? Niet bij Baillon. Hij theoretiseert dan ook geen seconde. Hij is een (weliswaar twijfelende, worstelende en reflecterende) schrijver die schaaft tot het juiste woord op de juiste plek valt, veel belang hecht aan ritme en muzikaliteit, maar ook resoluut kiest voor eenvoud en humor: ‘Er zijn geen nobele woorden: er is het juiste woord. Een man die pist, die pist. Tenzij het een waterzuchtige is: die ledigt zijn blaas… Want er zijn nuances.’.

Baillon, een gek? Laten we ervan uitgaan dat hij meer dan gemiddeld last had van muizenissen en zielengepeuter. Neurasthenie, zenuwziekte, neuroses, waanzinnen, psychoses? Wie weet. Maar als hij al gek was, dan was hij het op een ‘weloverwogen manier’, zoals Caroline Lamarche verder in dit nummer terecht stelt. Want zijn gepeuter op papier is zeer geraffineerd, geestig en gelaagd. Wie Waanzinnen, Een doodeenvoudig man, In de Piepzak en Doodzonde leest, weet dat. Een lucide woordenzot, dat wel.

In dit auteursnummer geven we in de eerste plaats het woord aan André Baillon zelf.
Speciaal voor dit nummer vertaalde Frans Denissen zijn enige poëticale tekst: Traité de
Littérature. Een verfrissende tekst uit 1921, die door Geneviève Hauzeur van deskundig
commentaar wordt voorzien. Naast een woordenman was Baillon ook een poezenman. Poeleke, al geschreven in 1917, is een van de twee verhalen die samen de bibliofiele bundel Le pot de fleur (1925) vormen, en krijgt hier voor het eerst een Nederlandse vertaling.

De Italiaanse academica en Baillon-experte Maria Chiara Gnocchi situeert André Baillon in de Franse literatuur van de jaren twintig. De Franstalige Belgische prozaschrijfster en dichteres Caroline Lamarche bezingt dan weer ongeneerd haar liefde voor de auteur en zijn boeken.

Bart Duron en Lieven Jonckheere graven diep in Doodzonde, misschien wel Baillons meest ambitieuze, doorwrochte en gelaagde boek. Ze nemen hoofdpersonage Marcel en zijn verhaal even in psychoanalytische behandeling.

Wouter Kusters vraagt zich af of het ‘de moeite waard was’. Een legitieme vraag met verrassende antwoorden en heel persoonlijke uitweidingen over psychiatrie, waanzin en filosofie.

Elvis Peeters laat zich in Woorden voor een kus inspireren door Baillon en zijn verhouding tot schrijven en het zinnelijke.

David Nolens trakteert ons op Notities van een slapende nachtwacht in een ontwenningskliniek.

Tot slot schetst Frans Denissen een Baillonesk portret van dé grote Baillonverzamelaar Eric Loobuyck, die genereus al het unieke beeldmateriaal leverde.

Naast deze brok Baillon-geweld interviewt Anneleen De Coux dichter Marcel Obiak.
Voor de inzendingen zorgen dichteressen Lies Jo Vandenhende en Meliza de Vries.

De redactie

Dit nummer is verkrijgbaar in de betere boekhandel in Vlaanderen en Nederland of via een privébericht op onze facebookpagina.

‘Waanzinnen’ van André Baillon voor nieuwe abonnees

Cover Waanzinnen_Baillon_tbv DEM_webBinnenkort verschijnt het nieuwe nummer van Deus Ex Machina volledig gewijd aan de Frans-Belgische auteur André Baillon. Van deze  door neurosen geteisterde schrijver publiceerde uitgeverij Voetnoot de overrompelende tekst ‘Waanzinnen’ in een vertaling van Frans Denissen. U kan dit hallucinante gevecht om de woorden en om de stilte uit de Belgica-reeks gratis krijgen als u zich opgeeft als nieuwe abonnee van Deus Ex Machina of als u een nieuwe abonnee aanbrengt

” ‘Waanzinnen’ [1927] is een felle tekst die de lezer op zijn grondvesten doet daveren. André Baillon [1875-1932] wordt opgevoed door zijn grootvader en tante Louise. Na een turbulente jeugd begint hij novellen te schrijven. Vrijwel al zijn boeken zijn autobiografisch getint. Hij pleegde in 1932 zelfmoord.”

Dichters van het nieuwe millennium

9789460042669_Dichters-van-het-nieuwe-millennium1-1024x918Samen met Sarah Posman en Jeroen Dera stelde Kila van der Starre (waar kennen wij Kila van? O ja van dit opiniestuk in ons recent poëticanummer) een boek samen over hedendaagse Nederlandstalige poëzie. Dichters van het nieuwe millennium. Nederlandse en Vlaamse poëzie in de 21e eeuw. Ze vroegen 21 literatuurwetenschappers ieder een hoofdstuk te schrijven over één Nederlandstalige dichter die in of na het jaar 2000 debuteerde. Meer info op de website van Vantilt die het boek uitgaf.Dit is de line-up van dichters en academici:

Alfred Schaffer, Gaston Franssen
Rodaan Al Galidi, Henriëtte Louwerse
Mark Boog, Matthijs de Ridder 
Ramsey Nasr, Obe Alkema
Geert Buelens, Carl de Strycke
Maria Barnas, Anneleen de Coux
Tjitske Jansen, Alex Rutten
Eva Cox, Yves T’Sjoen  
Vrouwkje Tuinman, Barbara Fraipont
Hélène Gelèns, Sarah Posman
Els Moors, Elke Brems  
Ester Naomi Perquin, Irene Barbara Kalla
Xavier Roelens, Laurens Ham
Mischa Andriessen, Jeroen Dera
Tom Vandevoorde, Bram Lambrecht
Lies Van Gasse, Anja de Feijter
Lieke Marsman, Kila van der Starre
Annemarie Estor, Fabian Stolk
Delphine Lecompte, Dirk de Geest
Ellen Deckwitz, Elke Depreter
Jeroen Mettes, Johan Sonnenschein
Maud Vanhauwaert, Jan Konst
Maarten van der Graaff, Jos Joosten
Bart van der Straeten, Erik Spinoy

The Aachen Memorandum: een oude toekomstroman over de Brexit

EN NIEMAND REED NOG LINKS

EEN OUDE TOEKOMSTROMAN OVER DE BREXIT

Door: Max Moragie

Andrew Robert The Aachen MemorandumEuropa is in de ban van de Brexit. De bookmakers gokken erop dat de Britten blijven, de bureaus die peilingen publiceren geven aan dat de eilandbewoners Europa willen verlaten. De uitslag staat allerminst bij voorbaat vast. Dat is des te merkwaardiger omdat economen en instituten de Britten met rampscenario’s overspoelen. Waarom, for God’s sake, willen die Engelsen zo graag de Unie uit? Wat is er zo vreselijk aan Europa? Niet een non-fiction boek maar een roman ,The Aachen Memorandum van Andrew Roberts, geeft daarop een verhelderend antwoord.

The Aachen Memorandum is een toekomstroman. Het verhaal is gesitueerd in mei 2045. In 2014 is er een referendum geweest in heel de Unie over de vraag of de lidstaten hun soevereiniteit moesten opgeven en opgaan in een federaal Europa. Van Griekenland tot Noorwegen en van Portugal tot Estland stemden de burgers vóór. Overal was het kantje boord maar het einde van de natiestaat was  een feit. Het parlement in Westminster sloot de eigen deuren, de koning verloor zijn positie en Williamnam noodgedwongen genoegen met het koningschap van Nieuw-Zeeland. De Pax Brusselium kon beginnen.

De ‘B’ van bemoeizucht

Maar daar begon alleen maar de ellende. De ‘B’ van Brussel staat voor verregaande bemoeizucht. Horatio Lestoq, de freelance journalist door wiens ogen het verhaal verteld wordt, leeft in een Europa met torenhoge belastingen en extreme regeldruk. Via die laatste is de bemoeizucht geleidelijk aan ontaard in dictatuur. Dat dictatoriale uit zich eerst en vooral in een taalkundige onderdrukking. In een streven naar totale politieke correctheid is het strafbaar geworden te discrimineren, op welke grond dan ook. Een werkloze is ‘iemand die tijdelijk buiten de werksfeer is geplaatst.’ Seksisme is een van de hoogste vergrijpen. Burgers die zich benadeeld voelen kunnen gebruik maken van de nieuwe klasse van verbale letseladvocaten, die geen honorarium rekenen, maar genoegen nemen met een deel van de schadevergoeding. Oh ja, en klasse is natuurlijk helemaal een fout begrip. De Europese Unie is officieel een klasseloze maatschappij. Niemand wordt nog aangesproken met ‘Sir’. De vetbetaalde Eurocraten in Brussel zijn officieel ieders gelijke.

Genderneutraal

Vrijheid, blijheid en gelijkheid implementeren is geen peulenschil. Dat moet je opleggen. Brussel maakt dus gebruik van een uitgebreide Politieke Inlichtingen Dienst, luistert videofoons af, censureert oude romans waarin de Britse standenmaatschappij van weleer bejubeld wordt en verandert namen van straten en pleinen. Niemand mag dus nog vader en zoon Amis lezen; niemand gaat naar het standbeeld van Nelson op Trafalqar Square kijken, want het staat er niet meer en het plein heet Delors Square; niemand stapt nog op in Waterloo Station, omdat dit is hernoemd tot Maastricht Treaty Station. De Eurostar rijdt toch nog wel zeker? Nee, die heet nu The Flying Dutchperson. Het seksistische ‘man’ is ook hier vervangen door het genderneutrale ‘person’.

Finse heropvoedingskampen

Horatio Lestoq is een onverbeterlijke. De dikke en drankzuchtige intellectueel schrijft artikelen die de censors van The Times hoofdbrekens bezorgen. Alles is altijd net op het randje. Soms gaat hij er ook overheen, bijvoorbeeld toen hij ongeoorloofd een seksuele relatie begon met Estonische Leila, een studente die bovendien nog lid bleek van een verboden nationalistische verzetsbeweging. Leila verdween voor twintig jaar in de Finse heropvoedingskampen. Lestoq ontsprong de dans dankzij connecties. Lestoq is dan ook scherp en doet soms tamelijk sensationele literaire en historische ontdekking waar de krant natuurlijk ook van profiteert. Aan het begin van het verhaal is hij bezig met een ogenschijnlijk onschuldige serie artikelen over het referendum van 2014. Daarbij stuit hij in de archieven op een memorandum uit Aken waarin suggesties staan over omkoping. Is er destijds verkiezingsfraude gepleegd? Lestoq blijkt het deksel te hebben geopend van een doofpot en dat zou hem weleens duur te staan kunnen komen.

Povertjes

The Aachen Memorandum is een thriller. ‘Net zo ingenieus als Fatherland van Robert Harris’ oordeelde het weekblad The Spectator bij verschijnen in 1995. Die vergelijking lijkt zwaar overtrokken. De plot van deze thriller is allerminst sterk en hangt van cliché’s aan elkaar. Als misdaadroman is hij maar povertjes. Ook de duistere sfeer van het meesterwerk van Harris, waarin de nazi’s de oorlog grotendeels hebben gewonnen en eveneens een aantal oude politici wordt vermoord wegens hun medeplichtigheid aan een vergeten misdaad, kan Roberts nergens evenaren. Bij Harris gaat het dan ook om genocide en bij Roberts ‘maar’  om verkiezingsfraude. Noch de Britten, noch de andere Europese volkeren wilden opgaan in een Europese superstaat. Het boven water brengen van die manipulatie is het begin van de desintegratie en de terugkeer naar de oude soevereiniteit en vrijheid. Begrijpelijk dat The Aachen Memorandum het niet verder bracht dan een tweetal herdrukken in eigen land, terwijl Fatherland verfilmd werd en een internationaal succes.

Teutoonse supervisie

Maar in één opzicht is The Aachen Memorandum wél bijzonder. De roman geeft heel goed weer welke emotionele weerzin veel conservatief gezinde Britten moeten voelen tegenover ‘Brussel’. Het gaat niet om een paar procent BBP meer of minder, de Brexit is geen kwestie van welvaart maar van autonomie, misschien zelfs van waarheid. De jaartallen 2014 en 2045 zijn niet toevallig gekozen. De nazi’s kwamen in één keer en gewapenderhand, hun nazaten komen sluipenderwijs, via de politieke correctheid, de euro en de regelgeving. Want steeds weer suggereert Roberts dat de eigenlijke bazen van Brussel in Berlijn huizen. Wat Hitler niet lukte heeft Kohl alsnog klaargespeeld: de eenmaking van Europa onder Teutoonse supervisie. Daarom is The Aachen Memorandum een geslaagde politieke satire, geschreven vanuit het standpunt van een overtuigde conservatief, een historicus die over Churchill en de Tweede Wereldoorlog schreef en zichzelf als ‘zeer rechts’ omschrijft. Zelfs de door Blair afgeschafte vossenjacht zet de auteur nog in een dictatoriaal frame. “De pub was herdoopt tot The Free Fox, maar de waarheid was dat er tegenwoordig meer vossen werden afgeknald door boeren dan vroeger door jagers. Toen had het dier tenminste nog een kans en nu ondergaat het weerloos zijn lot.” Het is waarschijnlijk nauwelijks een halve waarheid, meer een aangevoelde waarheid. Maar dat geldt voor het hele Brexitdebat en juist dat onderbuikse maakt de weerzin tegen Brussel zo moeilijk te bestrijden. Nauwelijks twee jaar na het door Roberts voorspelde referendum over de aansluiting bij Europa is er een over het afscheid daarvan. Het is duidelijk wat de auteur zelf zal stemmen. Maar bij een overwinning van het ‘blijf’-kamp zal hij vast en zeker door Brussel opgelegde fraude vermoeden, neergekrabbeld in een of ander Akens memorandum.  

©Max Moragie

Andrew Robert: The Aachen Memorandum, Orion Paperback, 1995. 312 blz.

FOLIO!

folio-bannerHET BESTE VAN DERTIG TIJDSCHRIFTEN GRATIS IN JE MAILBOX!

Je verslindt de cultuurpagina’s van kranten en weekbladen, maar vindt daar te weinig
verdieping en nuance? Dan is Folio iets voor jou: een platform van 30 literaire, culturele en
erfgoedtijdschriften uit Vlaanderen. Elke maand bundelen deze bladen hun beste artikelen in een nieuwsbrief. Wil jij gratis het beste van 30 tijdschriften in je mailbox?

Schrijf je hier in op de nieuwsbrief.

En volg Folio via facebook.com/foliotijdschriften