Naema Tahir, ‘Moedertaal, vadertaal, thuistaal’

naema-tahir-naema“Ik ben geboren net buiten Londen, in een plaatsje genaamd Slough. Mijn ouders migreerden in de jaren zestig vanuit Pakistan naar Slough, voor een beter bestaan en uit nieuwsgierigheid naar hun voormalige kolonisator. In Engeland kregen zij al hun zes kinderen. Ze spraken Punjabi met ons. Toen ik twee jaar was en naar de Kindergarten ging, begon ik thuis in het Engels te spreken. Moeder bleef Punjabi terugspreken. Vader antwoordde in het Engels, de taal die hij sindsdien met zijn kroost spreekt. Zo kwam het dus dat mijn moedertaal Punjabi is en mijn vadertaal Engels. De Engelsen drukken het beter uit. De eerste taal die je leert is je native tongue. Als ik tegenwoordig een formulier moet invullen dan zet ik daarin desgevraagd het Punjabi en het Engels, én het Nederlands als mijn native tongues.

Het Nederlands leerde ik niet als derde, maar als vierde taal. Eerst kwam het klassieke Koran-Arabisch, dat veel Pakistaanse moslims hun kinderen vroeg bijbrengen. Vanaf mijn vijfde tot mijn tiende jaar bezocht ik in Slough naast mijn reguliere Britse school
een Koranschool, die mij het Arabisch leerde lezen, fonetisch wel te verstaan, zoals een christen de Bijbel vroeger alleen in het Latijn hoorde, zonder te weten wat er stond.

Daarna kwam het Nederlands. Toen ik tien was migreerde ons gezin naar Nederland. Ik had een talenknobbel. Altijd al, werd mij verteld. In Engeland zat ik voor onder andere Engels in een klas voor begaafde leerlingen. In Nederland kon ik na drie maanden bijles op de basisschool gewoon meedraaien in mijn klas vol Hollanders. “

Naema Tahir, ‘Moedertaal, vadertaal, thuistaal’ (uit het nieuwe DEM nummer ‘Schrijven in een ander taal‘)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *