Column Maarten Verhelst

 adebayor

Tom Waes kent geen fluit van wasknijpers, zei mijn grootvader net
voor hij de pijp uitging. Het was een hete middag in Zwevezele en
wespen vlogen af en aan. Wasknijpers, ging hij verder, bestaan in
allerlei maten en gewichten. Die van de Aldi zijn rampzalig, na twee
keer zijn ze kapot. Maar die van de Colruyt zijn ook niet echt dat, er
zit veel te weinig spankracht op, waardoor iets zwaardere
kledingstukken steevast op de grond vallen.

Ik blijf fan van de houten knijpers, ook al steken de plastieken
varianten hen in kwaliteit voorbij, aldus mijn grootvader die
ondertussen een éclair at. Ja, jongen, ik voel dagelijks een
onweerstaanbare drang om éclairs te eten, zei hij elke keer toen ik
bij hem op bezoek kwam. Mijn grootvader, de hansworst, zag niet
in dat Citroën Berlingo’s, Peugeot Partners en Renault Kangoo’s
gewoonweg krak dezelfde auto’s waren. Met veel misbaar trok hij
zijn ogen op en riep: Turken, dàt zijn pas keikoppen.

Ik voelde dat hij niet lang meer te leven had. Mijn handen trilden
van angst en van de freesmachine waarmee ik zijn tuin omploegde.
Spitten was voor jeanetten, zei mijn grootvader altijd. Hij huilde
zelden, dat is correct. De enige traan die ik ooit bij hem heb zien
vallen, was er eentje van verwaarloosbaar allooi.

©Maarten Verhelst

maartenverhelst_c_koertmartens

Maarten Verhelst (32) woont in Papegem, gehucht gekneld tussen Wetteren, Aalst en de E40. Hij is communicatieverantwoordelijke van het Circuscentrum en hoofdredacteur van CircusMagazine. Naast het spelen met zijn vrouw en drie kinderen nemen schrijven, lezen en diepzinnig kijken naar knotwilgen het grootste deel van zijn vrije tijd in. Mooi geel topje is de naam van zijn blog.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *